Fase 1 – Eerste hapjes (4–6 maanden)
Wanneer is je kindje er klaar voor?
Je kindje is waarschijnlijk klaar voor de eerste hapjes als je deze signalen herkent:
-
Je kindje kan rechtop zitten met ondersteuning.
-
Het kan het hoofdje stabiel houden.
-
De tongreflex (voedsel automatisch uit de mond duwen) is grotendeels verdwenen.
-
Je kindje toont interesse in jouw eten: kijken, grijpen of zelfs proberen te happen.
Let op: dit gebeurt niet bij elk kindje op dezelfde leeftijd. Sommige baby’s zijn er met 4 maanden klaar voor, anderen pas richting de 6 maanden. Volg het ritme van je kindje, niet de kalender.

Wat is het doel van de eerste hapjes?
De eerste hapjes zijn bedoeld om:
-
Te oefenen met het happen, kauwen en slikken;
-
Te wennen aan nieuwe smaken en texturen;
-
Mond- en kaakspieren te ontwikkelen;
-
Het spijsverteringsstelsel rustig kennis te laten maken met vast voedsel.
Melk (borst- of flesvoeding) blijft in deze fase nog de belangrijkste bron van voeding.
Wat geef je en hoe begin je?
Start met eenvoudige, milde smaken zoals:
-
Gekookte en gepureerde groente zoals wortel, pastinaak, courgette, broccoli.
-
Gepureerd fruit zoals peer, banaan, appel of perzik.
-
Begin met een paar lepeltjes per dag, op een rustig moment.
Belangrijk:
-
Geef steeds één nieuwe smaak per keer, zo kun je zien hoe je kindje reageert.
-
Gebruik geen zout, suiker, honing of sterke kruiden.
-
Zorg dat de structuur glad en zacht is — nog geen stukjes of klontjes.
Hoe vaak en wanneer?
-
Begin met één oefenhapje per dag.
-
Geef het niet op een hongerig of juist vol moment – kies een ontspannen tijdstip.
-
Rond 5–6 maanden kun je dit uitbreiden naar twee keer per dag.
-
Observeer je kindje: als het na een paar lepeltjes wegkijkt of zijn mond sluit, is het genoeg.

Veiligheid & sfeer
• Zorg dat je kindje rechtop zit in een veilige kinderstoel.
• Blijf er altijd bij tijdens het eten.
• Geef nooit hele stukken of harde producten (zoals rauwe appel of druiven).
• Houd het eten speels en ontspannen – het is een leerproces, geen prestatie.